Gastblog geschreven door Basti Baroncini
Voordat de bruid eraan toe was om te trouwen, had ze 10 jaar gehuild. Dat maakt ceremonies altijd een beetje ongemakkelijk. Hoe haal je de eindstreep zonder brokken?
Behalve haar moeder had ze nooit familie gekend. Geen vader, broers of zussen, grootouders, neven of nichten. Natuurlijk had ze collega’s en vrienden, maar qua familie had ze echt alleen haar moeder.
En die overleed.
Ze was helemaal alleen.
Na tien jaar huilen zei ze tegen haar vriend: “Je schouder en jij zijn er altijd voor me geweest, nu mag je me ten huwelijk vragen.”
De ceremonie was gepland op haar veertigste verjaardag.
Vijf minuten voordat we beginnen, vraag ik aan haar aanstaande man: “Zullen we beginnen met zingen? Veertig is niet niks.” Waarop hij moeilijk en vertwijfeld kijkt: “Je weet hoe donker de afgelopen jaren zijn geweest. Het is allemaal zó kwetsbaar en broos. Ik weet het niet…”
Maar het openen van huwelijken gaat om improviseren.
De energie van het moment voelen, en daarmee spelen.
Ze gaan zitten.
Ik zie haar intens stralen.
En waag de gok.
“Zullen we voor je zingen, Maartje?”
De bruid staat op van haar stoel, kin omhoog en borsten vooruit, spreidt haar armen wijd en neemt het lang-zal-ze-leven van begin tot eind gracieus in ontvangst.
Dan huil ik even.